Wie later leerkracht wil worden, heeft verschillende opties. Zo sprak ik eerder al met Liese en Anneleen, die beiden lesgeven in het secundair onderwijs. Maar hoe zit het met het volwassenen-
onderwijs, bijvoorbeeld? Hoe ziet je dag er dan uit? Vergt dat evenveel werk buiten de uren? En heb je dan ook zoveel vakantie? En dus ging ik een kijkje nemen bij taalcoach Randa Wazen (34), die op zelfstandige basis voor een talenschool in Brussel werkt. Helder, doordacht en geduldig legt Randa me uit wat haar job juist inhoudt – ideale eigenschappen voor een taalcoach, lijkt mij zo.

Wat doe jij, en hoe lang al?

Ik werk ondertussen zo’n 8 jaar als taalcoach Engels en Frans, de laatste 6 daarvan bij talenschool Semantics in Brussel. Ik geef vooral les aan volwassenen (maar werk ook regelmatig met kinderen en jongeren), hetzij een op een, hetzij in kleine groepjes van maximum 6 personen.

Is een taalcoach iets anders dan een standaard taalleerkracht?

Toch wel… in vergelijking met gewone taalvakken op school zijn onze lessen heel interactief en ligt er een grote nadruk op praten. Daarnaast gebeurt alles uitsluitend in de doeltaal, en wij passen ons ook heel erg aan de student aan. Als iemand bijvoorbeeld beter wil leren schrijven kan dat, maar ik help evengoed professionals om hun zakelijk taalgebruik te verbeteren (bv. medisch taalgebruik voor dokters of juridisch taalgebruik voor advocaten)… Alles kan.

Hoe ziet een typische dag er voor jou uit?

Een typische dag bestaat écht niet… Elke dag is anders, en geen enkele week is hetzelfde. Maar ik kan je een voorbeeld geven:

Een ideale dag begint rond 10u. (We kunnen zelf onze beschikbaarheden doorgeven, de school houdt daar zoveel mogelijk rekening mee. Wie daarentegen graag vroeg begint, kan vaak al vanaf 7u30 aan de slag.) Dan begin ik bv. met een les bij een advocaat thuis, die graag zijn juridisch taalgebruik wil verbeteren. Na 1,5 zit deze privéles erop en vertrek ik bv. richting een bedrijf, waar ik een groepsles van 2 uur heb. Dan een snelle lunchpauze, en dan heb ik bv. nog een uurtje les met een 6-jarige.

Maar voor hetzelfde geld heb ik de volgende dag enkel lessen in de voor- of namiddag, of heb ik tussen twee lessen een grote blok niks. In die pauzes probeer ik bv. boodschappen te doen, of al wat lessen voor te bereiden. Zelf werk ik liefst tot een uur of 6, maar er zijn ook veel lessen die pas om 8 of 9 u aflopen.

Als ik daarna thuiskom, begin ik aan de voorbereiding voor de volgende dag. Dan kijk ik welke lessen ik heb opstaan, wat we vorige keer hebben gedaan, wat ik beloofd had te doen, en welke oefeningen ik kan gebruiken. Vaak combineer ik verschillende oefeningen uit handboeken met andere van het internet om zo tot een les op maat van de student te komen. Zo vertelde een ingenieur onlangs dat hij voor het eerst naar de VS zou gaan, en vroeg hij of we vragen konden overlopen die aan de douane kunnen worden gesteld. Dat kan dus ook, dan zoek ik daar informatie over op en werk ik een reeks oefeningen uit.

De nadruk van de meeste lessen ligt dus op samen praten. Klinkt eenvoudig, maar dat is het waarschijnlijk niet?

Nee, conversatielessen zijn echt heel intens, zowel voor de student als voor mij. Als taalcoach moet je super dynamisch en alert zijn, en niet alleen een fatsoenlijk gesprek kunnen voeren maar tegelijk ook aandachtig letten op het taalgebruik. Ik probeer mensen zo weinig mogelijk te onderbreken, maar schrijf wel elke vergissing, foute vervoeging of verkeerde uitspraak op, zodat ik er nadien op kan terugkomen. Dan leg ik uit waar de fout zat en oefenen we opnieuw, tot ze het goed onder de knie hebben.

Wat vind je het leukste aan deze job?

Sowieso het mensencontact, dat vind ik echt 100 keer leuker dan voor een scherm moeten zitten. Het is ook een job waarvoor je veel onderweg bent van de ene afspraak naar de andere, dat vind ik best fijn. Ik wandel heel graag, maar neem ook vaak het openbaar vervoer, en zie zo heel veel van Brussel. De variatie (in mensen, lessen, maar ook in trajecten) vind ik een groot pluspunt. Daarnaast leer ik zélf ook zoveel bij door al die verschillende soorten mensen. Oh – en het feit dat als zelfstandige mijn eigen baas ben, vind ik ook geweldig.

Wat moet je goed kunnen als je taalcoach wil worden?

Goed met mensen om kunnen uiteraard. Geduldig zijn: vaak komen dezelfde fouten keer op keer terug, die moet je dan ook elke keer opnieuw uitleggen. Je moet het tempo van de student aanhouden – niet iedereen is even goed in talen. Maar dat geduld heb ik zelf ook moeten leren. Je moet goed kunnen luisteren; ook al voer je de hele dag gesprekken, de focus ligt altijd op de student – soms voel ik me net een therapeut (lacht). Je moet ook creatief zijn en serieus kunnen improviseren: vaak krijg je vragen waar je nooit eerder over hebt nagedacht, maar waar je toch meteen uitleg en voorbeelden voor moet kunnen geven. Tot slot moet je flexibel, diplomatisch en open-minded zijn; je werkt echt met allerlei soorten mensen samen – ook met mensen waar je niet meteen een klik mee hebt.

Wat is volgens jou de grootste misvatting over de job van een taalcoach?

Dat wij evenveel vakantie hebben als gewone leerkrachten… Dat klopt niet, zo’n school is eigenlijk altijd open. Niet iedereen beseft dat wij zelfstandigen zijn – als we niet werken, dan verdienen we ook niks.

Wat vind je dan weer minder leuk?

De pluspunten van deze job hebben vaak ook een keerzijde vind ik. Het mensencontact waar ik zo van hou is tegelijk ook best vermoeiend – het is jouw job als coach om mensen aan de praat te krijgen, om het leuk te maken en de groep te “entertainen”. Je moet elke dag, de hele dag lang, echt 100% geven dus.  Ook steeds onderweg zijn van de ene naar de andere afspraak kan soms vermoeiend worden. En net als iedere zelfstandige moet je om kunnen met de financiële onzekerheid, en met het feit dat je sowieso goeie maanden en minder goeie maanden hebt, en dat dat vaak onvoorspelbaar is.

Hoe ben jij taalcoach geworden?

Ik heb journalistiek gestudeerd en heb daarna ook een tijdje als journalist en hoofdredacteur gewerkt. Zoveel achter mijn computer moeten zitten viel serieus tegen, dus toen een vriend mij vertelde over taalles geven, was ik meteen nieuwsgierig. Ik ben toen bij een eerste school op gesprek geweest, heb daar training gevolgd en werk sindsdien als taalcoach, de laaste 6 jaar dus voor Semantics.